Vandaag begint in China en Taiwan het jaar van de tijger. Hier bij ons is het nog poëzieweek, met als thema NATUUR. Een betere reden om het gedicht WINGERD van de Chinese dichter Zhu Zhu te lezen is er niet; een wingerd is in het Chinees namelijk letterlijk een OVER MUREN KRUIPENDE TIJGER. Of gaat dit gedicht toch ergens anders over?
WINGERD
Wild is ze, met haar zachte handpalmen
getransformeerd tot tijgerklauwen en zuignappen.
Vanaf de allereerste sprong bedekt ze,
overlapt, verzwelgt de hele muur, hecht
het hele huis, tempert al het licht;
nooit deinst ze terug, zelfs als ze in de leegte stapt
verandert ze in een spiraalvormig schild; zelfs als
de winter is ingevallen, haar bladeren verwelkt zijn, blijft
nog altijd de rits gaatjes achter van de weggetrokken draad
waarmee zij zichzelf had ingelegd; ze wijkt geen duimbreed,
heeft een verpletterend geluksgevoel, en wordt in de lente
getrakteerd op een aanzwellend ego, plaatst als
in een maquette haar vlaggetjes dicht op elkaar,
wil als opdringende golftoppen het steen doorboren;
ze is wanhopig, niet in staat het huis binnen te dringen,
maar tenminste camoufleert ze alles van buitenaf.
Jaar na jaar. Zij heeft echt lief.
Wie zegt dat natuurgedichten saai zijn?
Gelukkig Nieuwjaar!
Meer gedichten van Zhu Zhu lees je hier.